× 
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.

Sluit het venster om te blijven.

           
welkom menu contactzoeken
HeiligenkalenderHeiligen op naamPatroonheiligenHedendaagse namenMeer...
 Pater Dries van den Akker s.j., de auteur van de hagiografieën, overleed 30 oktober 2022
† 512?  Efflam van Plestin met Honora en Gestin

Info afb.

Efflam (ook Eufflammus of Inflamus) van Plestin (ook van Bretagne), Bretagne, Frankrijk; kluizenaar met zijn vrouw Honora (ook Azénor, Énor, Énora, Honore, Honoréa of Honorée) en met Gestin (ook Estin, Iestin, Justin of Justinus); † begin 6e eeuw: 512(?).

Feest 14 oktober (eigenlijk 2e zondag oktober) & 6 november

Hun geschiedenis wordt in een oude kroniek als volgt beschreven.

Efflam werd in 448 geboren als zoon van een Ierse koning. Zijn grootvader en zijn vader waren onafgebroken in oorlog met de zeven Saksische koningen van het Britse eiland. Uiteindelijk werden de strijdende partijen moe en besloten vrede te stichten. De vrede werd beklonken door een voorgenomen huwelijk tussen Efflam en een dochter van één der Saksische vorsten, Honora geheten. Op dat moment waren zij nog jonge kinderen.
Maar intussen was Efflam onder de indruk geraakt van enkele kluizenaars die naar Ierland waren gekomen. Hij verlangde, net als zij, naar een leven van gebed, vasten en andere vormen van vroomheid. Hij bracht zijn ideaal over op een aantal jongemannen van zijn leeftijd, die tegelijk met hem waren opgevoed.
Stilaan naderde voor hem en voor zijn verloofde de huwbare leeftijd. Zijn vader, de koning, liet Honora overkomen en dwong zijn zoon haar hand aan te nemen; zo was immers afgesproken bij de sluiting van het verbond. Daarmee zou de rust voor het volk voorgoed verzekerd zijn. De prins gehoorzaamde, maar besloot toch zijn roeping te volgen. Hij nam zich dus voor met zijn toegewijde vrienden te vluchten, als hij zijn bruid er niet toe kon brengen om samen de kuisheid te bewaren. Daarom liet hij alvast een schip uitrusten.
Maar Honora stemde ermee in om in onthouding te leven. Dat versterkte in de jongeman het verlangen om het hof te ontvluchten. Daarmee bezorgde hij zijn bruid veel verdriet. Toch ging ze van lieverlee naar zijn opvatting over. Nu zag Efflam zijn kans schoon om samen met zijn vertrouwelingen de wijk te nemen naar het schip en al spoedig bereikten zij het strand aan de overkant. Zij gingen aan land bij de Blauwe Rots. Juist op dat moment kwam er uit de naburige bossen een draak tevoorschijn die zich terugtrok in een grot aan de voet van de rots. Volgens de oude kronieken maakte het ondier de hele omgeving onveilig en niemand durfde het te lijf te gaan.
Juist op dat moment kwam de beroemde koning Arthur van Gallië († 542; feest 6 oktober) voorbij dat strand, herkende zijn verwant Efflam en snelde hem te hulp gewapend met knots en schild. Al de tijd dat het gevecht duurde, baden de Ierse prins en zijn gezellen hardop voor hun dappere verdediger. Uiteindelijk wist Arthur het ondier te doden. De overwinnaar had er een geweldige dorst van gekregen; dus zette Efflam het met verdubbelde ijver op een bidden en sloeg met zijn pelgrimsstaf daar tegen de rots. Plotseling sprong er helder water tevoorschijn, waaraan de held zijn dorst kon laven. Deze wonderbaarlijke bron is nog altijd te bezichtigen bij Toul-Efflam op de uiterste westpunt van het strand. Arthur nam afscheid van zijn neef en verdween in de bossen bij de kust op zoek naar nieuwe avonturen.
Ter herinnering aan zijn bevrijding plantte Efflam een stenen kruis op de plek van de strijd, stichtte een kluizenaarsnederzetting bij die bron en ging er wonen met zijn leerlingen. Op maandag, woensdag en vrijdag aten zij niets. Daarmee gaven zij te kennen hoeveel waarde zij hechtten aan versterving.

Intussen verlangde Honora ernaar om bij haar man te zijn. Zij nam zo'n licht bootje van wilgenhout en leem en dichtgenaaid met leer, waar de Kelten in varen en landde te Coz-Guéaudet. Daar hoorde ze dat Efflam op twee mijl van haar afzat. Ze ging erheen, maar werd achterna gezeten door de jonge burgemeester van de plaats Lexobie; die wilde zich aan haar vergrijpen. Daarop deed Efflam een wonder, waardoor de onverlaat zich bekeerde en heel het grondgebied waarop zij zich bevonden, cadeau deed met alles wat zij nodig zouden hebben erbij.
Efflam bouwde voor Honora een kluizenaarswoning op enige afstand van de zijne. Tegen haar schamele onderkomen aan was een kapelletje gebouwd. Het leek wel of op de uren van gezamenlijk gebed haar klokje en dat van Efflam met elkaar in gesprek waren. Daar leefde zij een aantal jaren als een engel, zonder ook maar enige man in het gezicht aan te kijken. Met haar echtgenoot had zij alleen maar contact over geestelijke zaken. Toen zij oud werd, ging zij naar het klooster van Nennoc te Lanninok of Lanennec in de buurt van Lorient om er haar leven te beëindigen.
De kluizenaarswoning die Efflam bij zijn komst had aangetroffen, zou daar gebouwd zijn door een vrome kluizenaar, Gestin. Toen deze van zijn bedevaart naar Rome terugkwam en zijn plaats bezet vond, sloeg hij het aanbod van Efflam af om weer in zijn eigen hut te gaan wonen. Hij schaarde zich bij zijn volgelingen en betrok een schamel onderkomen in de bossen bij Efflam. Daar leidde hij zo'n voorbeeldig leven dat de omgeving daar tenslotte naar hem werd genoemd: Plestin is een samentrekking van Plou-Gestin.
Sint Efflam stierf op 6 november 512. Aldus de oude kroniek.

Honora's voorspraak wordt ingeroepen tegen de koorts.
Het heiligdommetje waar zij woonde bleef een bedevaartsoord tot aan de Franse Revolutie. Nadien was het nog slechts een ruïne die stilaan geheel vervallen en verdwenen is.


Bronnen
[106; 117; 135/1p:258; 280p:287-289.505-508»Honore; 284p:122; Dries van den Akker s.j./2007.11.01]

© A. van den Akker s.j. / A.W. Gerritsen

VoorwoordHoe wordt men heilig?
© AuteursrechtWoordenboek
LeeswijzerGastenboek
Bronnen