× 
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.

Sluit het venster om te blijven.

           
welkom menu contact zoeken
HeiligenkalenderHeiligen op naamPatroonheiligenHedendaagse namenMeer...
 Pater Dries van den Akker s.j., de auteur van de hagiografieën, overleed 30 oktober 2022
† ca 453  Pipinus van Keulen

Pipinus van Keulen, Duitsland; martelaar met Ursula en 11000 maagden; † ca 453.

Feest 21 oktober.

Volgens de legende maakte er een Pipinus deel uit van de 11000 maagden die tot het gezelschap van de heilige Ursula zouden hebben behoord.

Over Ursula en haar elfduizend maagden is veel geschreven. Wat is historisch en wat niet? Het grote aantal martelaressen bijvoorbeeld: historisch?

De geschiedenis weet te vertellen dat tijdens de grote volksverhuizingen Angelen van Britannië naar Bretagne vluchtten; anderen voeren de Rijn op om bij Keulen in handen te vallen van de oprukkende Hunnen. Dit zou het historisch kader kunnen vormen rond de legende van Sint Ursula. Maar ook over dat historisch kader zijn de geleerden het niet eens. Wel is het zeker dat in de nabijheid van Keulen enorme massagraven uit de 4e à 5e eeuw zijn gevonden. Bovendien is er een opschrift bekend uit diezelfde tijd, dat zich thans bevindt tegen de zuidwand van het koor van de Sint-Ursulakerk te Keulen; het vermeldt dat een Keulse burger een kapel liet oprichten op de plaats "waar heilige maagden hun bloed vergoten hebben omwille van Christus".

Al deze losse elementen zijn ook weer terug te vinden in de legende van Sint Ursula.

Zij zou een Normandische of Bretonse prinses zijn geweest die ten huwelijk werd gevraagd door een Saksische prins, woonachtig in Britannië (vgl. Angel-Saksen). Zij stemde erin toe op voorwaarde dat hij zich tot Christus zou bekennen, en dat zij met haar vriendinnen eerst een pelgrimstocht naar Rome mocht maken.

Zo ging zij op weg met elfduizend gezellinnen; daarbij voegde zich een aantal ridders en edelen die meegingen als lijfwachten van de vrouwen. Zij togen naar de paus, Cyriacus geheten. Deze was zo onder de indruk van het enthousiasme dat de jonge vrouwen uitstraalden, dat hij de stoel van Petrus achterliet en zich in haar gevolg schaarde. Zijn voorbeeld werd weer gevolgd door talloze andere kerkelijke geestelijken en religieuzen.

De achterblijvende Romeinse prelaten waren zo verbolgen dat zij Cyriacus' naam uit alle boeken en kronieken schrapten; nergens mocht hij nog aangetroffen worden. Hoe grondig dat is gebeurd, blijkt uit het feit dat ons uit de geschiedenis geen paus Cyriacus bekend is. De aanstaande bruidegom van Ursula werd door een engel gewaarschuwd dat zij hem nabij Keulen tegemoet zou komen. Zij op haar beurt kreeg dezelfde boodschap te horen. Maar toen ze te Keulen arriveerden, waren daar juist de troepen van de heidense Hunnen gelegerd. Hun aanvoerder, Attila, begeerde nu de wonderschone Ursula als vrouw. Maar zij weigerde. Om haar tot andere gedachten te brengen, liet hij alle maagden doodschieten.

Tenslotte beloofde hij Ursula dat hij haar zou sparen, als zij zijn vrouw wilde worden. Zij was inderdaad beeldschoon. Maar zij bleef hardnekkig weigeren. Daarop schoot Atilla haar eigenhandig een pijl door de hals. Zij stierf aan de gevolgen van deze verwonding: † 453(?).

In de loop van de latere middeleeuwen (ongeveer vanaf de 12e eeuw) leerden kloosterlingen in hun gebed zich de gebeurtenissen, zoals ze in de legende werden voorgesteld, zo levendig mogelijk voor ogen te brengen. Alsof ze er zelf bij waren. Sommigen schrijven hun gebedsvisioenen op. Onder hen is de mystiek begaafde Herman-Josef van Steinfeld, een premonstratenzer (of Norbertijner) monnik († 1241 of 1252; feest: 7 april). Hij vertelt hoe hij in zijn gebed heeft gezien dat vele meisjes zich aansluiten bij de beweging van Ursula. Hij noemt ze bij naam en toenaam, en vertelt over hun uiterlijke en innerlijke schoonheid. Ook de ridderlijke beschermers passeren de revue. Onder hen is er dus een die Pipinus heet.

Het is duidelijk dat de moderne geschiedwetenschap met deze bronnen niet veel kan aanvangen: er zijn geen aanwijzingen te vinden dat een dergelijke Dorothea bestaan heeft, laat staan dat we met enige zekerheid zouden kunnen vaststellen dat zij zich onder de gezellinnen van Ursula bevond. Anderzijds kunnen we niet aannemen dat zulke visioenen helemaal geen aanknopingspunten met de werkelijkheid zouden hebben... Zoals schilders konkrete mensen uit hun omgeving kiezen om model te staan voor historische figuren op hun schilderijen, zouden zo ook konkrete mensen model gestaan kunnen hebben voor de figuren uit de gebedsvisioenen?


Bronnen
[100]

© A. van den Akker s.j.

VoorwoordHoe wordt men heilige?
© AuteursrechtWoordenboek
LeeswijzerGastenboek
Bronnen