×
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.
Sluit het venster om te blijven.
Info afb. |
Eleazar (ook Auzias, Elzéar, Elzearius, Eszéar of Godhelp) van Sabran, Parijs, Frankrijk; graaf, weldoener & franciscaner tertiaris tezamen met zijn vrouw gravin Delfina (ook Dauphine) van Glandève (ook van Signes: † 1360); † 1323.
Feest 26 (Nederland tezamen met Delfina) & 27 september & 26 november (Delfina).
Hij werd in 1285 geboren te Ansouis in de Provence, Zuid-Frankrijk. Zijn opleiding kreeg hij in het klooster van zijn oom, abt Wilhelm van St-Victor te Marseille. Reeds op zijn tiende werd hij uitgehuwelijkt aan het twaalfjarige, adellijke meisje, Delfina van Glandève. De twee legden met elkaar voor God de geloften af dat ze hun leven lang in seksuele onthouding zouden leven.
Bij de dood van zijn vader erfde hij de titel graaf van Ariano, een graafschap dat destijds behoorde tot het koninkrijk Napels. Eleazar was toen drieëntwintig. Op dat moment was hij reeds een toonbeeld van christelijke zorg voor zijn personeel en vrijgevigheid jegens armen en hulpbehoevenden, daarin krachtig ondersteund door zijn vrouw Delfina.
Omdat hij Fransman was, wilden de inwoners van het graafschap Ariano hem niet als hun heer erkennen. Met kracht van mildheid en begrip probeerde hij zijn mensen tot andere gedachten te brengen. Zijn vrienden en standgenoten drongen er bij hem op aan wapengeweld te gebruiken. Hoewel hij een kundig strateeg en soldaat was, verzette hij zich hier consequent tegen. Zo kregen zijn nieuwe onderdanen vertrouwen in hem, en begonnen hem te waarderen en tenslotte erkenden zij hem van harte als hun heer en meester. Tijdens zijn verblijf in Italië traden hij en Delfina als zogeheten tertiarissen toe tot de derde orde van Sint Franciscus († 1226; feest 4 oktober).
Rond 1330 ontbood Robert van Anjou, koning van Sicilië, hem bij zich aan het hof, benoemde hem tot ereridder en vroeg hem of hij zorg wilde dragen voor de opvoeding van zijn zoon prins Karel. Toen enkele jaren later keizer Hendrik VII onverhoeds het koninkrijk Napels binnenviel, stuurde hij zijn eigen broer Johan er op af, vergezeld van zijn ereridder, die niets liever wilde dan vrede voor zijn onderdanen. Inderdaad behaalden zij de overwinning. Zijn mensen vertelden dat ze die meer te danken hadden aan de wens tot vrede van hun meester dan aan het strategisch inzicht van de vorst. Natuurlijk ontving hij voor zijn diensten uit handen van koning Robert een vorstelijke beloning. Deze gaf hij met instemming van zijn vrouw prompt weg aan de armen.
In 1323 werd hij naar Parijs gezonden om voor Karel de hand te vragen van prinses Maria van Valois. Hij slaagde in zijn missie. Maar enkele weken later werd hij ziek en stierf, achtendertig jaar oud.
Verering & Cultuur
Zijn stoffelijk overschot werd overgebracht naar de Provence en bijgezet in de franciscaner kerk te Apt. Het was zijn neef en petekind paus Urbanus V († 1370; feest 19 december), die hem in 1369 officieel zalig verklaarde.
Zijn vrouw Delfina overleefde hem meer dan dertig jaar. In die tijd ging zij dicht bij het graf van haar man wonen; daar zette zij de vrome levenswijze voort die zij samen begonnen waren. Tenslotte stierf zij te Apt in 1360. Zij werd in 1694 zalig verklaard door paus Innocentius XII († 1700).
Het kasteel te Ansouis waar zij woonden, bestaat nog steeds en kan nog altijd bezichtigd worden.
© A. van den Akker s.j. / A.W. Gerritsen