×
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.
Sluit het venster om te blijven.
Info afb. |
Briac (ook Briachus, Briag of Briagenn) van Bourbriac, Bretagne, Frankrijk; kluizenaar; † 555.
Feest 17 & 22 december.
Briac stamt uit een Ierse adellijke familie. Op jonge leeftijd trekt hij naar Wales en begint daar een kloostertje, niet ver van de abdij waar Sint Tugdual (of Tudwal: † 564; feest 30 november) aan het hoofd staat. Bij hem sluit hij zich aan. Na verloop van tijd ontvangt hij de priesterwijding.
Op een goed moment wordt abt Tugdual in een droom door een engel aangespoord om over te steken naar Bretagne en daar zijn levenswijze voort te zetten. Andere bronnen menen te weten, dat het veeleer door de invallen van de Saksen was, dat hij naar Bretagne overstak. Hoe dan ook, hij gehoorzaamt en neemt tweeënzeventig van zijn vurigste leerlingen mee. Onder hen bevindt zich Briac. Aan de kust blijkt, dat er al een boot op hen ligt te wachten...
Aan de overkant moeten zij aan wal gekomen zijn op het eilandje Kermorvan in de baai van Blancs Sablons ter hoogte van Léon. Ze gaan van boord, begroeten vol eerbied en vreugde het nieuwe land, draaien zich om met de bedoeling de vriendelijke bemanning te bedanken, maar de boot is al verdwenen…
Op een half uur gaans landinwaarts sticht Tudwal zijn eerste klooster. Sindsdien heet het daar Llan Pabu ('kluizenarij van Pabu'); tegenwoordig beter bekend als Trébabu.
Pabu betekent ‘vadertje’ en is de koosnaam die men aan Sint Tudwal gegeven heeft.
Vervolgens trekt hij naar het oosten, en meldt zich bij zijn neef, koning Deroch. Die heeft zijn residentie even ten zuiden van het huidige Guingamp. Tugdual beveelt zijn leerling Briac bij hem aan. Waarop Deroch een stuk grond beschikbaar stelt om daar een kloostertje te beginnen. Daaruit zou later de plaats Bourbriac (= Briacdorp) groeien. Briacs reputatie verspreidt zich snel. Hij geneest zieken, en weet iemand die gebeten is door een slang voor een vergiftigingsdood te behoeden. Leerlingen stromen toe. Tenslotte wordt de drukte zo groot dat Briac zich verder terugtrekt in het bos. Volgens de legende zou hij een forse steen hebben gepakt en die uit alle macht op goed geluk het bos in hebben gegooid. Op de plek waar hij terecht was gekomen, bouwt hij kluizenaarscel, Pénity Saint Briac (= ‘boeteplek van Sint Briac’). Men wijst er in de rotsgrond nog de afdruk aan die de steen heeft gemaakt toen hij neerkwam. Maar intussen verandert er niets. De mensen blijven hem in grote getale opzoeken.
Nu vertrekt hij met twee gezellen op bedevaart naar Rome. Tijdens de oversteek op de Middellandse Zee brengt hij een storm tot bedaren. De zeelui zijn zo dankbaar dat ze in de haven van Rome blijven wachten tot hij van zijn pelgrimage langs de heilige plaatsen terugkomt en weer op huis aan gaat. Op de terugweg verblijft hij twee jaar lang bij de bisschop van Arles. Die zou hem graag in zijn dienst hebben willen behouden, maar Briac verlangt te veel naar zijn abdij in Bretagne. Daar brengt hij de rest van zijn leven door tot hij in zeer hoge ouderdom sterft.
Verering & Cultuur
Hij ligt begraven in de kerk van Bourbriac. Daar is nog een sarcofaag te zien uit de Merovingische tijd, wellicht de stenen doodskist waarin hij destijds is bijgezet. Onder de kerk bevindt zich nog de crypte uit de 11e eeuw, waarschijnlijk gebouwd als Briacs laatste rustplaats, waar gelovigen hem konden vereren zonder de dienst in de kerk boven te storen. In de buurt van de kerk is nog een bron te zien. Ook de plek van de Pénitykapel wordt nog in ere gehouden.
Een pardon (boetprocessie) wordt gehouden op Hemelvaartsdag. Bij die gelegenheid draagt men de reliekhouder in de vorm van een borstbeeld rond het voormalige kloosterterrein.
Zijn herinnering leeft voort in verschillende plaatsnamen:
Saint-Briac-sur-Mer (gem. Dinard, Ille-et-Vilaine);
in Côtes-du-Nord: in de plaatsen Guerbriac (= ‘elzenbos van Briac’: gem. Plouagat), Saint-Briac (buurtschap van H’nanbihen, gem. Matignon) en Le-Cloître-Briac (= ‘Briacklooster’: buurtschap van Saint-Clet, gem. Pontrieux);
in Morbihan: In Lopriac (= ‘Plek van Briac’: buurtschap van Langonnet gem. Gourin), nog een Lopriac (buurtschap van Kervignac, gem. Port-Louis), een derde Lopriac (buurtschap van Priziac, gem. Le Faouet);
in Finistère: in Lan-Briac (= ‘Kluizenarij van Briac’: gem. Taulé).
Sint Briac wordt aangeroepen bij zenuwziekten, epilepsie, krankzinnigheid en migraine.
© A. van den Akker s.j. / A.W. Gerritsen