Download hier  een .pdf bestand met de betekenis en een korte beschrijving van de heilige(n) op een A4-tje.

Betekenis

1 Indonesische naam. Heeft wellicht te maken met het Indonesische woord Jumlah = ‘aantal’, ‘optelling’, ‘rekeneenheid’, ‘somma’, ‘totaal’, ‘volledige bedrag’ enz.

2 Variant van Hebreeuwse naam Jimla = ‘volheid’, ‘totaliteit’.

Bijzonderheden

Opvallend is dat het betekenisveld van het Indonesische woord verwant lijkt met Hebreeuwse woord Jimlah. Toeval? Of etymologische samenhang?

Jimlah in de Bijbel

Er komt een Jimlah voor in de bijbel: 1 Koningen 22,08 en 2 Kronieken 18,07. Hij is de vader van de profeer Michajehu. Is dat dezelfde als Micha, de zesde van de zogeheten Kleine Profeten?

Dit verhaal speelt zich af in de tijd dat het Land is verdeeld in een Noordrijk en een Zuidrijk. Het Noorden heet Israël, en heeft als hoofdstad Samaria; het zuiden Juda, met als hoofdstad Jeruzalem. Koning Achab van Israël (het Noordrijk) krijgt bezoek van zijn collega Josafat van het Zuidrijk. Achab wil een stad terugveroveren op het naburige Aram, en vraagt steun aan Josafat. Maar deze leeft volgens de Wet van God, en stelt dus voor dat de profeten eerst JHWH raadplegen. Het profetengilde van het Noordrijk is corrupt; de hele troep roept uit dat ze zeker ten strijde moeten trekken; ze zullen de overwinning behalen. Maar Josafat vertrouwt het advies niet. Hij wil niet een troep schreeuwende kerels, maar een profeet! Hij vraagt dus aan Achab:

1 Koningen 22
7
“Is hier geen profeet van JHWH, door wie wij JHWH kunnen raadplegen?”
8
De koning van Israël antwoordde Josafat:
“Er is nog één man door wie wij JHWH kunnen raadplegen,
Maar ik heb een hekel aan hem,
Omdat hij me nooit iets goeds voorspelt,
Alleen maar onheil.
Het is Michajehu, de zoon van Jimla.”
Maar Josafat zei: ”De koning moet zo niet spreken.”
9
Toen riep de koning van Israël een dienaar en zei:
“Ga dadelijk Michajehu, de zoon van Jimla, halen.”

Datzelfde verhaal staat geschreven in 2 Kronieken 18.

Overigens drijft de schrijver van dit verhaal de spot met de brallende profeten van Achab. Hij vertelt dat er één ijzeren horens op zijn kop had gezet om uit te beelden dat de koning daarmee de vijand overhoop zou stoten. De anderen vielen hem bij.

Als Michajehu voor de beide koningen verschijnt, doet hij die idioten na: “U moet zeker ten strijde trekken!” Maar Achab vraagt of hij serieus wil worden. Dan zegt Michajehu dat ze verslagen zullen worden, en dat de honden zijn, Achabs bloed zullen drinken: “Stuur dus die arme soldaten vandaag nog naar huis terug. Want ze hebben niemand die hun leiding geeft,” aldus Michajehu. [ Je moet maar durven!] Prompt begint Achab zijn beklag te doen: “Heb ik het je niet gezegd? Hij heeft altijd iets te vitten op mij.” Eén van de bralprofeten geeft Michajehu zelfs een klap in het gezicht. Hij acht zich beledigd door het optreden van zijn kritische collega: alsof JHWH niet door onze mond zou spreken.” Michajehu wordt in de gevangenis gezet, en mag pas weer vrij komen, als de koningen behouden van het slagveld zijn teruggekeerd. Waarop Michajehu besluit: “Als de koning behouden terugkeert, heeft JHWH niet door mijn mond gesproken.”

Achab wordt getroffen in de strijd. Hij bloedt dood in zijn strijdwagen. Als ze de wagen uitspoelen, komen honden het spoelwater oplikken…