sint-juttemis
sint-jut(te)mis naam van een verzonnen heiligedag, in de zegswijze met sint-juttemis (als de kalveren op het ijs dansen) , dat wil zeggen nooit, te gener tijd; iets tot sint-juttemis uitstellen , het voor altijd uitstellen, nooit doen.
[Van Dale, 11e druk 1984]
Meest geloofwaardige verklaring
Wat betreft de herkomst van deze uitdrukking stond de meest geloofwaardige verklaring jaren geleden (begin 1991) in het Dagblad Trouw , rubriek 'Genootschap ter Bevordering van Nutteloze Kennis':
Een Brabantse meneer verwees naar jutteperen, wat een verbastering zou zijn van jodenperen.
Dan zou dus juttemis een verbastering zijn van jodenmis .
Dat komt perfect overeen met de betekenis van juttemis want joden zullen natuurlijk nooit een mis vieren!
In deze verklaring heeft sint-juttemis dus niets met een bestaande heilige te maken, maar verwijst naar het ondenkbare geval dat er een sint, een heilige, jood zou zijn wiens dag dan zou beginnen met een mis.
Minder geloofwaardige herkomst
Op het web worden bij sint-juttemis ook verwijzingen gevonden naar:
Omdat volgens deze bronnen haar feestdag in de zomer moet vallen, vallen een aantal Jutta's / Judith's af:
13 jan Jutta of Yvette van Huy, kluizenares, België.
13 mrt Judith , zus van bisschop Bernward van Hildesheim en abdis te Ringelheim, Duitsland.
19 mrt Gutta (of Guda of Jutta), dienstmeisje van de beroemde Elisabeth van Thüringen .
25 mrt Jutta van Bernried, kluizenares.
31 okt Jutta, kloosterlinge te Bedburg bij Kleef.
29 nov Jutta of Julitta, abdis van klooster Heiligental in Unterfrankenland.
22 dec Jutta van Sponheim , kluizenares op de Disibodenberg bij Würzburg
Beter staat het wat dat betreft met:
5 mei Jutta van Sangershausen , kluizenares aan de Kulmsee en patrones van Pruisen.
29 juni De angelsaksische Judith die zich tesamen met haar melaatse nicht Salome, als kluizenares had
teruggetrokken in de eenzaamheid bij het benediktijnerklooster van Niederalteich, Zuid-Duitsland.
17 aug
Guda , Guida of Jutta (Judith), gehuwd met graaf Lodewijk van Arnstein. Op hun eigen landgoed stichtten ze een dubbelklooster voor de orde der premonstratenzers. Guda liet zich, als een zogeheten inkluus, in een cel in de kloosterkerk inmetselen, om zo een konsekwent leven van gebed en versterving te kunnen leiden.
Het is minder waarschijnlijk dat een zo lokale heilige verbonden zou worden aan een Nederlandse zegswijze.
Er blijft slechts één Judith over die zowel niet lokaal is als in aanmerking komt voor een koppeling aan de zegswijze 'als de kalveren op het ijs dansen' :
de Judith uit het gelijknamige bijbelboek ; haar feest stond op 7 september* !
Sommige kunnen zich dat niet voorstellen:
"Judith, de verleidster van Holofernes de hoofdpersoon uit het apocriefe Bijbelboek?
Maar dat was allerminst een fatsoenlijke vrouw en dus niet in termen van heiligheid vallend."
Het bezwaar dat het hier een onfatsoenlijke vrouw betreft, steunt op moderne bijbeluitleg.
De middeleeuwse gelovige redeneerde heel anders. Daar steunde de schriftuitleg op kerkvaders
als Origenes en Augustinus. Zij lazen het Oude Testament vanuit de vooronderstelling dat
Christus er in het verborgene al in aanwezig moest zijn. Wanneer de letterlijke betekenis
van de tekst hun daarbij voor onoplosbare problemen plaatste, gingen ze graven naar de
geestelijke betekenis. Zo worden bv. de veroveringsoorlogen van Josua uitgelegd als
voorafbeelding van Christus' strijd tegen de satan. Op die manier kon je Josua ook opnemen
in de liturgische kalender; ook Adam en Eva kwamen erop voor.
Op grond van de gekozen datum vermoed ik, dat de middeleeuwer in de Judith van het
gelijknamige bijbelboek (in de middeleeuwse kerk kende men het onderscheid tussen
Apokrief en Kanonisch nog niet) niet zozeer een voorafbeelding van Christus zag,
maar van Maria. Van haar wordt immers in Genesis 3 aangekondigd, dat zij in de toekomst
de kop van de slang zou verpletteren! Juist zoals het feest van Adam en Eva in de
liturgische kalender op de vooravond van Christus' geboorte was geplaatst: 24 december;
zo is wellicht het feest van Judith op de vooravond van Maria's geboorte geplaatst: 7 september.
Eerlijkheidshalve moet ik hierbij opmerken dat dit slechts mijn persoonlijke vermoedens zijn.
* Ik heb in mijn verzameling maar één boek gevonden waar de bijbelse Judith in de liturgische
kalender voorkomt: Theodosius Briemle 'Unsere Heiligen; Namensdeutung und Lebensnotizen von
2600 Heiligen', Stuttgart 1953 p.86. Of het feest in de kerk gevierd werd, weet ik niet.
© A. van den Akker s.j. / A.W. Gerritsen